Op vrijwel alle afstanden was de auto in 2011 het snelst op de plaats van bestemming. Op afstanden tot vijf kilometer is de fiets of bromfiets bijna even snel als de auto. Met de bus, tram of metro kost een reis over deze afstand ongeveer twee keer zoveel tijd. De trein wordt vooral gepakt voor langere afstanden; de gemiddelde verplaatsingsafstand met de trein is 48 km tegen 18 km met de auto.
Fietser op korte afstanden sneller dan OV gebruiker
Wie voor afstanden tot 7,5 km de fiets neemt, doet hier gemiddeld minder lang over dan met de bus, tram of metro. Bij langere afstanden doet de fietser er langer over dan de openbaarvervoergebruiker. Afstanden tot 5 kilometer worden met de auto in ongeveer 9 minuten afgelegd, terwijl de reiziger die gebruik maakt van de bus, tram of metro over deze korte verplaatsingen gemiddeld 23 minuten doet.
Deze reistijden gelden voor de totale verplaatsing inclusief wachttijden. Afstanden tot 1 km loopt men meestal, bij afstanden tussen de 1 en 5 km kiest men meestal voor de fiets. Voor langere afstanden is de auto favoriet. Het openbaar vervoer en de bromfiets worden relatief weinig gebruikt. Als men met de trein reist, is dit bijna altijd om langere afstanden af te leggen
Mannen leggen gemiddeld per verplaatsing 13 km af, vrouwen 9 km. Met de auto is dat voor mannen 21 en voor vrouwen 13 km. Vrouwen zijn juist vaker op pad dan mannen, namelijk bijna drie keer per dag tegen ruim tweeëneenhalf keer. Vrouwen gaan vooral vaker boodschappen doen, winkelen en op visite dan mannen.
Bron: CBS
Laat wat van je horen